De Eerstelijns Yvonne van Ingen over zorg rondom levenseinde Interview Corina de Feijter

 

Zorg rondom levenseinde geen stiefkindje meer

De meeste mensen sterven het liefst thuis. Dat kan ook als de eerste lijn dit goed organiseert, samen met de omgeving van de patiënt. Het vereist multidisciplinair werken, continuïteit  en zorgverleners die niet schromen een palliatief consultatieteam te raadplegen. Yvonne van Ingen zelfstandig arts in Noord-Kennemerland en nauw betrokken bij zorg voor kwetsbare ouderen pleit voor “advance care planning en shared decision making”. ‘Zingeving bepaalt juist of iemand het kan volhouden of niet’.

 

 

 

 

 

Medisch Contact ingezonden brief in reactie op Column Marcel Levi ‘Controle, controle’

Ik ben blij met de column van Marcel Levi over de vele inspecties die ziekenhuizen beoordelen (MC 4/2013: 195). In de ouderenzorg waar de komende tijd extra bezuinigd gaat worden, kom ik steeds meer intrinsiek gemotiveerde verzorgenden tegen, zuchtend achter een pc met veel pijn en moeite (het ontbreekt hen aan de benodigde computervaardigheden) een aanzienlijke hoeveelheid risico-inventarisatielijsten en zorgplannen invullen. Terwijl zij aangeven dat zij voor de kwetsbare ouderen wilden zorgen! Een mooi zorgplan op papier en kloppende risico-inventarisatielijstjes bieden geen garantie. Aandacht in de zorg en je als kwetsbare oudere veilig weten, dat is de crux.

Medisch Contact reactie op Actueel ‘NVVE Schaf toetsing euthanasie af’

De Nederlandse Vereniging voor een Vrijwillig Levenseinde (NVVE) pleit voor afschaffing van de toetsing van euthanasie. De NVVE doet dit naar aanleiding van het dinsdag gepubliceerde jaarverslag van de Regionale Toetsingscommissies Euthanasie (RTE). De RTE concludeert daarin dat van de 3695 meldingen van euthanasie in vier gevallen niet aan alle zorgvuldigheidseisen was voldaan.

NTR School TV weekjournaal over euthanasie, overlijden met hulp van de dokter

Sommige mensen zijn zo ziek, dat ze nooit meer beter zullen worden. Ze hebben veel pijn en willen liever niet meer leven. De dokter kan hen dan helpen om te overlijden, euthanasie noem je dat.

Medisch Contact ingezonden brief in reactie op Praktijkperikel ‘Afstand’

In de nieuwsbrief van Medisch Contact verscheen een praktijkperikel van een 86-jarige man die 40 kilometer van zijn woonplaats in het ziekenhuis werd opgenomen en daardoor verstoken bleef van bezoek. Uniek is deze situatie geenszins. In onze regio speelt hetzelfde probleem bij de acute opvang van ouderen die in de thuissituatie ontsporen. Onder het motto ‘nood is nood’ worden mensen ver van hun eigen woonsetting geplaatst. Dat dit implicaties heeft voor het vaak ook kwetsbare netwerk en de intensiteit van het contact met de naasten, moet op de koop toe worden genomen. Dat dit niet goed is voor het delier en de psychische gesteldheid, daar gaan we aan voorbij. Wanneer pakken we nu met z’n alleen eens door met proactieve ouderenzorg? KNMG, alleen een rapport over goede medische zorg voor kwetsbare ouderen is niet genoeg. Neem alstublieft het voortouw.

Medisch Contact ingezonden brief in reactie op Artikel ‘Verpleeghuis gaat specialiseren’

MC schrijft dat het verpleeghuis van de toekomst zich moet specialiseren in een bepaald type behandeling (MC 15/2012: 970). Collega Bastiaans is het daar niet mee eens: hij wil generalist zijn. Ik herken me in hem. Natuurlijk zijn er diagnosespecifieke deskundigheidseisen; de meerwaarde van een specialist ouderengeneeskunde is nu juist dat hij oog heeft voor de hele patiënt met een generalistische blik. Prima dat er aandachtsgebieden zijn, fijn dat er eindelijk erkenning voor is. Maar huisartsen ingeschreven in het College voor Huisartsen met Bijzondere Bekwaamheden (CHBB) doen toch ook niet uitsluitend werk in hun aandachtsgebied?

Medisch Contact ingezonden brief in reactie op Actueel promotieonderzoek ‘Aandacht voorkomt medicatiefouten’

Met alle respect voor het onderzoek van ziekenhuisapotheker in opleiding Fatma Karapinar, maar mij bekruipt bij het lezen van het artikel de vraag of er een academisch proefschrift nodig is om vast te stellen dat meer aandacht voor medicatiegebruik rondom opname en ontslag uit het ziekenhuis bijdraagt aan de veiligheid (MC 17/2012: 1013). Wat zegt dat over de care, en wisten we dat nog niet?

Medisch Contact ingezonden brief in reactie op Brief ‘Pacemaker vervangen’

Tijdens een halfjaarlijkse controle vertelt de technicus mijn 95-jarige tante dat haar pacemaker moet worden vervangen. Zij begrijpt de consequenties van een en ander niet, dus komt hij mij in de wachtkamer hetzelfde vertellen. Op mijn vraag of dit echt nodig is, krijg ik niet echt een antwoord. Wel meldt hij dat zij nu gezien kan worden voor de preoperatieve screening.

Enigszins overdonderd lopen we samen achter hem aan. Bij de arts-assistent maakt mijn tante duidelijk dat als er iets misgaat tijdens de ingreep, zij niet gereanimeerd wil worden. Het bijbehorende onderzoek door de cardioloog wordt uitgesteld tot na de vervanging van de pacemaker. Twee weken later volgt de oproep voor het vervangen van de pacemaker. Op weg naar het ziekenhuis vragen we ons allebei af of dit echt wel moet. Mijn tantes geheugen laat haar steeds meer in de steek.

Medisch Contact ingezonden brief in reactie op Artikel ‘Levenstestament’

Ik ben verbaasd dat de heer Hendriks meeschrijft aan een stuk vanuit het notariaat over het levenstestamen (MC 1/2012: 40). Ik heb de KNMG-handleiding ‘Tijdig bespreken van het levenseinde’ er nog eens op nagelezen. Waar staat dat dit met notarissen besproken moet worden?

Toevallig hoorde ik van de nabestaandenplanner. Het woord alleen al… Deze is al inzetbaar als iemand nog in leven is. Ik kan het slechts zien als commercialisering van de zorg. Het doet me denken aan de enkele SCEN-patiënt die ooit een euthanasieverklaring bij de notaris had opgesteld. Artsen moeten dit onderwerp – niet alleen euthanasie maar advanced directives in de volle breedte – tijdig met patiënten bespreken, en met patiënten en hun naasten in gesprek blijven. Goede uitleg van de WGBO is hierbij onontbeerlijk.

Medisch Contact Ingezonden brief in reactie op Artikel ‘Euthanasie zonder communicatie kan niet’

Graag wil ik opmerken dat uit de casus die is beschreven in het bericht ‘Euthanasie zonder communicatie kan niet’ (op de website op 11 november) zorgvuldige begeleiding vanuit de behandelaren blijkt. Opvallend vind ik wel dat de toetsingscommissie geen probleem maakt van het feit dat de SCEN-arts niet at random gevraagd is, maar bewust gekozen en benaderd. Hoe integer de bedoeling van de behandelend arts ook geweest moge zijn, het strookt niet met de SCEN-werkwijze.